Vertrouwen in de GGZ gaat in beroep tegen een uitspraak van eerder dit jaar in een zaak tegen de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). De rechtbank Midden-Nederland oordeelde in deze zaak dat de NZa in 2023 gegevens van cliënten in de geestelijke gezondheidszorg mocht opvragen en verwerken. Vertrouwen in de GGZ noemt dit vonnis 'fundamenteel onjuist'.
De zaak draait om privacygevoelige vragenlijsten over cliënten die psychiaters en psychologen verplicht moeten aanleveren bij de NZa. Drie belangenorganisaties zijn hierover kritisch en startten namens cliënten en behandelaars in de GGZ verenigd in Vertrouwen in de GGZ een massaclaim. De rechter zette echter een streep door deze claim en oordeelde dat de NZa deze gegevens mocht opvragen en verwerken.
Vertrouwen in de GGZ is kritisch over het oordeel van de rechter. "Het miskent de privacy van cliënten, ondergraaft het medisch beroepsgeheim en negeert de kern van wat nodig is voor vertrouwen in de spreekkamer: vertrouwelijkheid", schrijft het collectief. Het gaat daarom in hoger beroep tegen het vonnis. Het wijst onder meer op het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM), dat stelt dat het verwerken van vertrouwelijke medische gegevens buiten de behandelrelatie een feitelijke, objectieve inbreuk op de privacy vormt.
"Doordat de rechtbank miskent dat sprake is van een feitelijke inbreuk op de privacy van cliënten, toetst zij niet behoorlijk of deze inbreuk voldoet aan de eisen van het EVRM. De rechtbank beoordeelt niet of de HoNOS+-lijsten noodzakelijk zijn en of minder ingrijpende alternatieven mogelijk zijn voor het wachtlijstenprobleem in de GGZ", aldus Vertrouwen in de GGZ.
Ook is het collectief kritisch over het oordeel van de rechtbank dat het niet aan de rechter is om de politieke keuze voor de HoNOS+-lijsten te toetsen of af te wegen tegen alternatieven. Vertrouwen in de GGZ noemt dit een 'onjuiste opvatting over de rol van de rechtspraak'. "Een politieke beslissing ontslaat de rechter niet van de verantwoordelijkheid om te toetsen of het middel noodzakelijk en proportioneel is", aldus Vertrouwen in de GGZ.
De drie betrokken belangenorganisaties kunnen zich ook niet vinden in het oordeel van de rechter dat HoNOS+-gegevens anoniem zijn en juridisch niet als persoonsgegevens gezien kunnen worden. Zij stellen dat de privacy van de verzamelde gegevens niet is gewaarborgd en de gegevens wel degelijk herleidbaar zijn via koppeling met andere datasets waarover de NZa beschikt of die zij kunnen opeisen bij andere partijen. Deze mogelijkheden worden volgens Vertrouwen in de GGZ slechts licht meegenomen in het oordeel van de rechtbank. Ze wil dat het gerechtshof in hoger beroep deze afweging 'grondig opnieuw maakt'.
Je bent niet ingelogd en reageert "Anoniem". Dit betekent dat Security.NL geen accountgegevens (e-mailadres en alias) opslaat voor deze reactie. Je reactie wordt niet direct geplaatst maar eerst gemodereerd. Als je nog geen account hebt kun je hier direct een account aanmaken. Wanneer je Anoniem reageert moet je altijd een captchacode opgeven.