Slechts de helft van de Belgische 18-jarigen is in staat om de privacy-instellingen voor apps op Facebook te vinden en bij 83% hebben apps toegang tot meer informatie dan de jongeren denken. Meer dan één derde van de jongeren is bovendien niet in staat om alle reclame op Facebook te herkennen.

Dat blijkt uit het EMSOC-onderzoek (PDF) dat door drie Belgische universiteiten werd uitgevoerd. Uit het onderzoek komt naar voren dat meer dan de helft van de Facebookgebruikers zegt zich zorgen te maken over zijn privacy en het gevoel heeft dat Facebook als bedrijf zijn of haar privacy niet respecteert. Toch blijkt dat minder dan de helft van de Facebookgebruikers ooit de gebruiksvoorwaarden heeft gelezen. Volgens de onderzoekers valt deze tegenstrijdigheid mogelijk te verklaren door de moeilijke taal die in dergelijke voorwaarden wordt gehanteerd.

Ze noemen het wel veelbelovend dat acht op tien Facebookgebruikers zijn privacy-instellingen heeft aangepast. "Dit is dan ook een meer eenvoudige en concrete actie dan het lezen van de gebruiksvoorwaarden", merken ze op. Ondanks het gebrek aan vertrouwen toont het onderzoek ook aan dat jongeren vermoeden dat niet zij, maar vooral andere gebruikers kwetsbaar zijn voor de privacy-gerelateerde gevolgen van het delen van persoonlijke informatie via sociale media.

"Jongeren hebben te weinig kennis over de mechanismen van sociale media en beschikken over onvoldoende vaardigheden om hun privacy effectief te beschermen. Daarom zijn verdere bewustzijnscampagnes nodig", zegt Dorien Baelden van de Vrije Universiteit Brussel. "Op die manier wordt ingezet op het verhogen van bewustzijn, kennis en vaardigheden. Iets waar duidelijk behoefte aan is."

Volgens onderzoekster Valerie Verdoodt is het gebrek aan vertrouwen bij gebruikers misschien wel terecht. Uit het onderzoek komt namelijk naar voren dat de algemene voorwaarden van Facebook niet in overeenstemming zijn met de Europese wetgeving. "Het is daarom belangrijk om de positie van de sociale netwerksite gebruiker te versterken", zegt Verdoodt. Ze wijst hierbij als oplossing naar het 'recht om vergeten te worden', zoals voorgesteld door de Europese Commissie.