Een nieuw opensourceproject van Google genaamd Upspin moet het eenvoudiger en veiliger voor mensen maken om bestanden met elkaar te delen. Volgens Google zijn bestaande methodes voor bestandsdeling gefragmenteerd en zijn mensen tijd kwijt met het kopiëren en opnieuw verpakken van bestanden.

Upspin zou daar verandering in moeten brengen. Het hanteert een gestandaardiseerde aanpak voor bestandsnamen. Zo beginnen bestandsnamen met het e-mailadres van de gebruiker, gevolgd door een slash die een nieuw pad aangeeft, zoals: ann@example.com/dir/file. Elke gebruiker met de juiste permissies kan het bestand via Upspin benaderen. Als een gebruiker een directory wil delen, kan er een Access-bestand aan die directory worden toegevoegd.

In het Access-bestand staat beschreven welke gebruikers toegang tot de directory hebben en wat hun rechten zijn. Bijvoorbeeld: read: joe@here.com, mae@there.com. Dit laat Joe en Mae alle bestanden in de directory en subdirectories lezen. Volgens Google heeft Upspin iets weg van een wereldwijd bestandssysteem. "Upspin is geen "app" of webdienst, maar eerder een suite van softwareonderdelen, bedoeld om in het netwerk te draaien en op de apparaten die ermee verbonden zijn, en zo gezamenlijk een veilig netwerk voor het opslaan en delen van informatie te bieden", aldus Rob Pike van Google.

Volgens Pike moet Upspin worden gezien als een infrastructuurlaag waar andere software en diensten op kunnen bouwen om veilige bestandsdeling aan te bieden. Hoewel Upspin toepassingen in ondernemingen heeft, zet Google het vooral neer als technologie voor eindgebruikers, zoals families en groepen vrienden. Het is daarbij een opensourceproject en geen Google-product.