De Amerikaanse stad Baltimore, die in mei door een omvangrijke ransomware-aanval werd getroffen, heeft besloten om 6 miljoen dollar dat voor parken en openbare voorzieningen was gereserveerd aan cybersecurity uit te geven. Het geld is bedoeld om de impact van de ransomware-aanval te bekostigen.

Door de infectie waren tal van systemen wekenlang onbereikbaar en was de dienstverlening van de stad aan burgers ontregeld. De aanvallers eisten eerst een bedrag van 23.000 dollar voor het ontsleutelen van de versleutelde bestanden. Aangezien er niet binnen de gestelde deadline werd betaald ging het bedrag naar 100.000 dollar. De burgemeester besloot niet te betalen. Inmiddels wordt het herstel van de ransomware-infectie op 18,2 miljoen dollar geschat.

Tijdens een bijeenkomst vorige week besloot het stadsbestuur om 6 miljoen dollar voor parken en openbare voorzieningen aan het herstel van de aanval en het extra beveiligen van de infrastructuur uit te geven. Het geld is afkomstig van een potje van 65 miljoen dollar voor recreatie, parken en publieke voorzieningen. Daarnaast wil de burgemeester van Baltimore een cyberverzekering afsluiten, zodat eventuele toekomstige schade door cyberaanvallen is gedekt.

Naar schatting zal de stad dit jaar 10 miljoen dollar aan herstelkosten uitgeven. De resterende 8,2 miljoen dollar schade wordt veroorzaakt door mogelijk misgelopen inkomsten, zoals betalingen voor vastgoedbelastingen, boetes en andere heffingen. De systemen waarmee burgers in Baltimore hun waterrekening en boetes kunnen betalen zijn inmiddels weer online, waardoor de werkelijke schade mogelijk lager uitvalt dan de schatting, zo meldt de Baltimore Sun.