Een cyberexpert die in een artikel van NRC uitlatingen deed over bunq moet als getuige worden gehoord, zo heeft de rechtbank Gelderland geoordeeld. Vorig jaar publiceerde NRC het artikel met de titel “Bunq-werknemers keken stiekem in klantrekeningen: ‘Het was te verleidelijk’”. In het artikel komen oud-medewerkers aan het woord die vertellen in klantgegevens te hebben gekeken voor privédoeleinden, om bijvoorbeeld salarissen van collega’s te bekijken of gegevens over een geliefde te achterhalen.
In het artikel wordt de suggestie gewekt dat bunq niet genoeg doet om dit 'rekeninggluren' te voorkomen. Ook wordt geciteerd uit een discussie in het interne Slack-kanaal van bunq, waarbij de gebruikersnamen van de medewerkers worden genoemd. Bunq vroeg bij de rechter om een rectificatie, onder andere omdat zij vond dat de krant ten onrechte had geciteerd uit interne communicatie. De voorzieningenrechter bepaalde dat het gebruik van de interne communicatie in dit geval niet onrechtmatig is en dat NRC het artikel niet hoefde te rectificeren.
Bunq ging in beroep tegen het vonnis. De bank stelde ook vragen aan een cyberexpert die in het NRC-artikel verschillende uitspraken doet. "Uit de berichtgeving zelf blijkt niet op welke informatie u uw uitspraken precies baseert. Van deskundigen die in eerdere publicaties van NRC zijn aangehaald, begrijpt bunq dat NRC hen tijdens de interviews niet volledig heeft geïnformeerd over de exacte situatie bij bunq. De deskundigen baseerden zich daardoor op verkeerde informatie. Bovendien bleek dat NRC de deskundigen onjuist heeft geciteerd in de betreffende artikelen", aldus de bank in een e-mail aan de cyberexpert.
De cyberexpert liet in eerste instantie weten de vragen van bunq te willen beantwoorden, maar zag daar uiteindelijk toch vanaf. "Gezien de recente juridische uitspraak in de zaak tussen Bunq en NRC acht ik verdere discussie niet noodzakelijk of gepast." Bunq vroeg vervolgens herhaaldelijk of de cyberexpert toch wilde reageren. De bank liet weten dat als er geen reactie zou volgen, het de cyberexpert zou oproepen als getuige in een voorlopig getuigenverhoor.
NRC verzette zich tegen toewijzing van het verzoek en stelt dat bunq oneigenlijk gebruik van het voorlopig getuigenverhoor maakt. De bank zou geen of onvoldoende belang hebben bij het horen van de cyberexpert en het verzoek zou onvoldoende bepaald zijn, aldus de krant. Die stelde dat de cyberexpert al vijfmaal door bunq gesommeerd is om zijn woorden in te trekken en dat vijfmaal heeft geweigerd. "Ondanks de druk van bunq blijft hij achter zijn uitspraken staan. Er is dan ook geen enkele reden om aan te nemen dat dat bij een getuigenverhoor anders zou zijn", stelt NRC.
De rechter merkt op dat bunq via het voorlopig getuigenverhoor bewijs kan verkrijgen die het in een eventuele bodemprocedure kan gebruiken. "Het belang van bunq is erin gelegen om over het feitelijk gebeuren opheldering en bewijs te verkrijgen, in verband met een eventueel te beginnen bodemprocedure. Het feitelijk gebeuren waarover bunq [belanghebbende] wil doen horen is voldoende duidelijk door haar omschreven. Voldoende duidelijk is ook dat en waarom [belanghebbende] over de door bunq gestelde feiten en omstandigheden zou kunnen verklaren", aldus de rechter. Die stelt dat het verweer van NRC onvoldoende grond biedt om het verzoek van bunq af te wijzen en beveelt dan ook het voorlopig getuigenverhoor.
Je bent niet ingelogd en reageert "Anoniem". Dit betekent dat Security.NL geen accountgegevens (e-mailadres en alias) opslaat voor deze reactie. Je reactie wordt niet direct geplaatst maar eerst gemodereerd. Als je nog geen account hebt kun je hier direct een account aanmaken. Wanneer je Anoniem reageert moet je altijd een captchacode opgeven.