Door teruglopende budgetten maken Amerikaanse defensiebedrijven zich op voor een nieuw slagveld waar miljarden zijn te verdienen, namelijk de zakelijke cybersecuritymarkt. Bedrijven als General Dynamics en Raytheon waren voorheen vooral bezig om de netwerken van het Pentagon te beveiligen.

Nu willen de bedrijven de daar gebruikte techniek ook op de commerciële markt gaan aanbieden, zo meldt de Wall Street Journal. Soms gaat het om detectiesystemen voor geavanceerde malware, terwijl andere defensiebedrijven banken en nutsbedrijven met hun beveiliging helpen. De pitch is volgens Christopher Ling, een vicepresident van Booz Alleen, eenvoudig: wie kan de hackers beter buiten houden dan de bedrijven die de Amerikaanse overheid helpen om in te breken?"

Zo opende Booz Allen vorig jaar nog een centrum dat lijkt op een centrum dat het voor de NSA ontwikkelde. Voor 100.000 dollar per maand kunnen bedrijven informatie over aanvallen krijgen. Volgens Ling vragen klanten zelden naar Edward Snowden, de voormalige werknemer van het bedrijf die bij de NSA was gedetacheerd en grote hoeveelheden vertrouwelijke data wist mee te nemen.

Jaarlijks zou er 70 miljard dollar op de commerciële cybersecuritymarkt worden omgezet. Volgens Rick Holland, een analist van Forrester Research, is het niet duidelijk of defensiebedrijven ook betere bescherming dan traditionele techbedrijven bieden. De prijs zou vaak wel hoger liggen. Voor het Pentagon is deze hogere prijs meestal geen probleem, maar bij commerciële partijen ligt dat vaak anders, aldus Alan Paller van het SANS Instituut.