Om over voldoende cyberpersoneel te beschikken gaat Defensie onder andere eigen medewerkers opleiden, zo heeft minister Dijkhoff van Defensie laten weten op vragen over de begroting. Het kabinet maakte laatst bekend dat er jaarlijks 26 miljoen euro extra voor cybersecurity beschikbaar wordt gesteld.

Daarvan gaat 8 miljoen euro naar de MIVD voor het tegengaan van cyberspionage en -sabotage. De overige 18 miljoen euro gaat onder meer naar de politie en het OM voor de bestrijding van cybercrime en het opzetten van een Digital Trust Centre (DTC) om mkb-bedrijven in staat te stellen hun eigen cybersecurity te organiseren. Van de 18 miljoen euro is 7,5 miljoen euro voor Binnenlandse Zaken bestemd, 8 miljoen euro voor Veiligheid en Justitie en 2,5 miljoen euro voor Economische Zaken.

De vaste commissie voor Defensie stelde Dijkhof verschillende vragen naar aanleiding van de gepresenteerde begroting. Zo wil de commissie weten of Defensie de komende jaren voldoende geschikt cyberpersoneel kan aantrekken en in hoeverre Defensie op dit specifieke gebied in staat is om met de private sector te concurreren, zowel met betrekking tot het werven van personeel als het behoud ervan als het eenmaal is opgeleid.

Volgens Dijkhoff vraagt het werven en behouden van personeel op cybergebied bij een aantrekkende arbeidsmarkt een gerichte en doorlopende inspanning van Defensie. Defensie gaat de extra behoefte aan cyberpersoneel invullen door gebruik te maken van een combinatie van werven en opleiden van eigen medewerkers, inschakeling van cyberreservisten en door inhuur van cyberspecialisten. Wat betreft het concurreren met de private sector om cyberpersoneel binnen te halen stelt Dijkhoff dat Defensie en het bedrijfsleven dit proberen te voorkomen. Er wordt juist samenwerking gezocht door gedeeld werkgeverschap, gezamenlijke opleiding en wisselstroom, aldus de minister (pdf).